Vakdidactiek wiskunde

Vakdidactiek wiskunde

Wiskundesecties die de motivatie van leerlingen voor het vak in de loop der jaren zien verminderen, wiskundedocenten die hun leerlingen maar moeilijk aan het werk krijgen in de les, vragen van de schoolleiding over achteruitlopende resultaten, een ervaren overladen programma met te weinig contacturen, … Er zijn diverse redenen voor secties om de efficiëntie van het leren in de les en dus hun didactiek bij het vak wiskunde onder de loep te willen nemen.

stomphoekige driehoek

Wiskundedidactiek kent een eigen theoretisch kader, maar juist ook algemene didactische inzichten over het organiseren van het leren, vragen om een aparte vertaling naar de wiskundeles.

Wiskundelessen lenen zich bij uitstek voor werken in groepjes, differentiatie met niveauverhogende vragen, gebruik maken van concreet materiaal, inzet van ICT, etc.

Veel wiskundesecties zien de komst van de wiskundige denkactiviteiten als een mooie aanleiding met nieuw elan aan de slag te gaan om leerlingen te leren omgaan met problemen zonder standaard oplossingen. Dat maakt het vak aantrekkelijk, nuttig en realistischer.

Doel: De aantrekkelijkheid van het vak vergroten, meer actieve leerlingen en betere resultaten.

Doelgroep: voltallige sectie wiskunde. Ongeacht ervaringsjaren, resultaten en opleidingsniveau.

Duur van de training: 6 middagen.

Omvang: 30 uur.

Na een intakegesprek met de sectieleider wiskunde worden vijf middagen georganiseerd voor de sectie, met onder- en bovenbouwdocenten samen. Elke middag kenmerkt zich door een aantal (nieuwe) werkvormen, waarmee leerlingen actiever bij de lesstof worden betrokken. Deze werkvormen worden op een zodanige manier gepresenteerd dat directe implementatie mogelijk is, omdat duidelijk is op welke manier dit bij de wiskundeleerstof past. Tijdens de middagen wordt die vertaalslag naar eigen klassen, passend bij de leerstof die dan aan de orde is, gemaakt door samen te ontwerpen en afspraken te maken voor een follow-up in de vorm van lesbezoek met nagesprek, of feedbackinstrumenten voor leerlingen.

De docenten oefenen met de aangeboden didactische werkvormen in hun lessen. Voorafgaande aan de middagen 2 t/m 5 worden in de ochtend lessen bezocht, zodat de training zo dicht mogelijk aansluit op de bestaande praktijk. Ervaringen worden besproken om ervan te leren. De lessen worden deels op video opgenomen, omdat daarmee precies kan worden nagegaan waar aanknopingspunten liggen voor meer activerende werkvormen, niveauverhogende vragen, … Het gaat erom dat op detailniveau duidelijk wordt hoe de les een beetje anders kan worden ingericht zodat het leren effectiever is.

Aan de orde komt bijvoorbeeld:

  • Werkvormen
  • Leerstof geschikt voor groepswerk
  • Begeleiden van groepjes samenwerkende leerlingen
  • Wiskundige denkactiviteiten en praktische opdrachten
  • ICT- didactisch inzetten
  • Realistisch wiskundeonderwijs

Bij de start van het nieuwe cursusjaar wordt een terugkommiddag gehouden (6e middag) om de activerende werkvormen voor het nieuwe cursusjaar weer een impuls te geven en docenten te helpen op eigen kracht verder te ontwikkelen. Bijvoorbeeld door te werken met een buddy-systeem.

Omdat de eigen praktijk uitgangspunt is voor deze trainingen, is de invloed van de deelnemende docenten groot.

Back to Top